Op weg naar een circulaire gebouwinstallatie

Gepubliceerd op 6 november 2024Leestijd: 3 minuten

op weg naar een circulaire gebouwinstallatie.jpgTekst Lieke Bousema | Beeld Isolectra

Bij de sloop van oude of incourante gebouwen ging de elektrotechnische installatie tot voor kort volledig verloren. Echter zien we inmiddels steeds meer urban mining initiatieven ontstaan waarbij onder andere kabelgoten, kabels, wandcontactdozen en schakelaars duurzaam geoogst worden voor hergebruik. Isolectra ontwikkelt al 35 jaar stekerbare installaties die hierbij aansluiten. “Als organisatie hebben wij hart voor circulariteit”, vertelt algemeen directeur Werner Hulst. “Gedreven door de maatschappelijke opgaven, maar vooral dankzij de intrinsieke motivatie van heel veel medewerkers zetten wij hoog in op R-strategieën zoals Rethink, Reduce, Re-use, Repair, Refurbish en Recycling van materialen. Onze ambitie is om steeds meer stekerbare installaties uit gebouwen terug te halen voor hergebruik. Maar ook om tot een nieuwe typologie voor gebouwinfrastructuren te komen, waardoor significante kabelreducties mogelijk zijn.”

Een belangrijke stap in de route naar een 100% circulaire gebouwinstallatie is de opname van de Wieland GST18® en RST20® stekerbare installatiesystemen in de Nationale Milieudatabase (NMD). “Architecten, adviseurs, installateurs en andere stakeholders die onze systemen voorschrijven en toepassen in hun projecten, kunnen de NMD-data benutten om goede productvergelijkingen te maken”, vertelt Casper Bontenbal, marketing manager bij Isolectra. “Maar ook om de duurzaamheid en milieuprestatie van hun gebouwen te berekenen en zelfs te verlagen. In overeenkomst met Isolectra is bovendien een retourname van de Wieland GST18® en RST20® systemen mogelijk, waarbij de systemen uitvoerig getest, eventueel gerefurbished en opnieuw gecertificeerd worden voor hergebruik. De eerste initiatieven zijn inmiddels opgestart. Zo hebben we recent in Eindhoven overtallig geworden Wieland GST18® kabels met zorg gedemonteerd en verzameld voor hergebruik.”

op weg naar een circulaire gebouwinstallatie 2.jpg

Maximale flexibiliteit met Streda
Een mooie circulaire ontwikkeling volgens Bontenbal is ook Streda: een flexibele IoT-based woonhuisinstallatie met slimme stopcontacten die veel méér kunnen dan alleen stroom doorgeven. “Streda is speciaal ontwikkeld om álle technische aansluitingen in huis eenvoudig te verbinden en te beheren”, vertelt hij. “Aan de basis van het systeem liggen een universele kabel, gestandaardiseerde inbouwdozen (docks) en een portfolio van snap-in-modules met uiteenlopende functies zoals een stopcontact, rookmelder, deurbel, verlichtingsschakelaar en wifi-zender, die samen een geïntegreerd en flexibel huisnetwerk vormen. Hierdoor kan ieder soort apparaat op iedere gewenste plek worden aangesloten.” Groot voordeel voor bewoners is dat de snap-in-modules eenvoudig uitgewisseld kunnen worden wanneer behoeften wijzigen. “Ook hiervoor zijn we een retoursysteem aan het ontwikkelen, waardoor flexibiliteit en circulariteit mooi samenkomen.”

op weg naar een circulaire gebouwinstallatie 3.jpg

Hybride infrastructuur
Uniek onderdeel van het Streda concept is de kabel. Één universele kabel zorgt namelijk voor de transmissie van zowel voedings- als high speed datasignalen, vertelt Hulst. “Dankzij deze ‘hybride infrastructuur’ zijn flinke materiaalreducties mogelijk. Zeker in utiliteitsbouwprojecten, waar het theoretische besparingspotentieel maar liefst 80-90% op de gebouwbekabeling bedraagt. Om deze reden wordt het Streda concept nu ook geschikt gemaakt voor de utiliteitsbouw.”

Op dit moment worden nog fysieke datakabels getrokken van de patchkast naar elke outlet in een gebouw, weet hij. “Elke kabel in Nederland heeft een gemiddelde lengte van 57 meter en bevat circa 3,4 kilo aan materiaal (koper, plastic, afscheiding en chemicaliën). Bovendien moet een energiekabel worden doorgelust, die vanwege allerlei (interferentie-)eisen in een gescheiden tracé moet worden aangebracht. De techniek die wij ontwikkeld hebben, harmoniseert beide infrastructuren. Hierdoor kunnen wij dezelfde typologie hanteren voor een datapunt als stopcontact. Dit betekent dat met de kabel waarmee wij de elektra aanleggen, ook de high speed datacommunicatie kan worden geregeld. Hierdoor zijn geen separate datakabels meer nodig. Bovendien wordt de traditionele sterverbinding vervangen door een buskabel, waarmee de gemiddelde kabellengte naar elke outlet met circa 70% wordt teruggebracht. Uitgaande van een gemiddeld ziekenhuis met 20.000 poorten kunnen installateurs maar liefst 80 tot 85% aan gebouwbekabeling besparen. Dit betekent 80 tot 85 ton minder materiaal én afval.”

Meer weten?
Neem dan contact met ons op.

Onze kennispartners